Wat zou 'n Amsterdammer zonder fiets moeten beginnen Wie krijgt er niet de balen van die auto's en die trein Zo ingeblikt 't land in ben je buiten toch weer binnen Laat mij maar lekker trappen langs de Amstel en 't Gein Dan raak ik buiten zinnen en 't is lekker voor de lijn
De fiets is de natuurlijkste manier van je vervoeren Je voelt je God in Frankrijk en je ziet en ruikt nog iets Wie wil nou ook nog buiten door een ruitje koekeloeren Met uitlaatgassen plenty maar van bloemengeuren niets Laat mij maar lekker toeren op mijn halleluja-fiets
refr.: Oh auto, gouden kalf, heilige koe Wat maak je moedertje natuur doodmoe Geef mij nou maar een stalen ros En 't groen van 't Amsterdamse bos Want letterlijk een ook figuurlijk De fiets is altijd beter, ja natuurlijk
't Zit niet altijd mee, want je hebt af en toe een helling En soms een stormwind tegen in een barre buitenwijk Toch komt er weer een einde aan die tijdelijke kwelling Dan gaat 't voor de wind, je bent de koningin te rijk Want groots is mijn versnelling op de Nieuwe Dammerdijk
Ik hou zo van die jongens met hun gladgeschoren benen Die renners uit de Tour zijn een genot voor 't oog en hoe Het zou me zezelf te ver gaan om daar jaren voor te trainen Geef mij nou maar 't Vondelpark en hun de Mont Ventoux Ze zijn weer snel verdwenen, maar wel prachtig, snappez-vous
refr.
Je kunt zo zalig fietsen met je vrijer in 't centrum Wanneer je op z'n stang zit, hoeft 't echt niet hard te gaan Maar 't haalt niet bij getweeën langs de dreven op een tandem Je laaft je aan natuurschoon en je doet 't kalmpjes aan Ik zit voorop en wend hem naar 't lustoord Kalfjeslaan
Uitbundig bloeit 't voorjaar langs de Amsterdamse grachten Maar ik geniet nog meer als ik naar pleisterplaatsen rij Zei niet de dichter Kloos die God in 't diepst van zijn gedachten Ik hou van de natuur, maar 'k wil er wel een borrel bij Wat komt een mens tot krachten aan de Amstel en 't IJ