Wij zijn boezemvriendinnen Geweest, haha Wij spreken niet meer met elkaar Wij kunnen elkanders bloed wel drinken Want We benne zo stom geweest om met z'n tweetjes op vakantie te gaan
refr.: Ik ben Greetje; ik ben Jansie We gingen met z'n tweetjes samen op vakantie We waren dikke vrienden maar we kunnen sindsdien Mekaar niet meer luchten, mekaar niet meer zien We waren dikke vrienden maar we kunnen sindsdien Mekaar niet meer luchten of zien
Als ik zei wijn dan nam zij vici Als ik net begon dan riep zij fini Als ik een terrasje aan het water had ontdekt Zei zij: "Ik wil naar huis toe want de lucht betrekt" Op ieder hotel had madam kritiek Wou ik met de bus dan was zij wagenziek Genoot ik van het uitzicht dan werd zij er duizelig van Zag ik een leuke kerel dan vond zij d'r niks an
refr.
"Nou serieus; je moet kwaad kijken, niet lachen Ach, krijg nou alles, 't moet toch een lolletje blijven Heintje Davids, die lacht ook altijd."
Wou ik in de zon, had mevrouw geen zin Zag ik een pension, dat was haar te min Wou ik naar Monte Carlo voor een avondje roulette Kwam zij: "Ik ben niet lekker, ik ga vroeg naar bed" Als ik zei kip dan had Jans geen trek Was ik royaal dan was Greet een vrek Ze ging geregeld winkelen, dat deed ze dan alleen Maar kocht ik dan een jurkie, nam zij d'r net zo een
Ik ben Greetje; ik ben Jansie We gingen met z'n tweetjes samen op vakantie We waren dikke vrienden maar we kunnen sinds dien Mekaar niet meer luchten, mekaar niet meer zien We waren dikke vrienden maar we kunnen sinds dien Mekaar niet meer luchten, mekaar niet meer luchten Mekaar niet meer luchten of zien