Nu de klok niet meer mijn vriend is en de kelner onbeschoft, omdat de man die hij bedient weer een verkeerde dame trof. Kan dan niemand mij vertellen, waarom mijn hart nog klopt, waarom ik blijf bestellen, waarom sta ik niet op? Want er is nog maar een slotsom.
Ach, ze is er niet en ik denk niet dat ze nog komt. Ach, ze is er niet en ik vraag me af waarom, ik niet gewoon terug naar huis loop.
Het glas dat wegduikt in de spoelbak, het geld dat rinkelt in mijn zak. Al de geluiden staan me tegen. Hier zit ik niet op mijn gemak, want er is nog maar een slotsom.
Ach, ze is er niet en ik denk niet dat ze nog komt. Ach, ze is er niet en ik vraag me af waarom, ik niet gewoon terug naar huis loop.
Want vanonder de tafel grijpt verlangen me weer aan, het vliegt me naar de keel, doet me besluiten op te staan en blind te rennen door de nacht. Vraag me niet wat ik verwacht van zoveel wanhoop in een man, maar aan een vrouw denken kan
Maar, ze is er niet en ik denk niet dat ze nog komt. Nee, ze is er niet en ik vraag me af waarom, ik niet gewoon terug naar huis loop.
Nee, ze is er niet en ik denk niet dat ze nog komt. Nee, ze is er niet en ik vraag me af waarom, ik niet gewoon terug naar huis loop