Johan En Marie
"Je hebt nagedacht, zei je"
"Ja, ik heb nagedacht. Over jou, over ons, over de zin van het leven. Over
goed"
"En kwaad?"
"En over de mens"
"En het dier. Wanneer heb je daarover nagedacht?"
"Op weg hier heen. In de bus"
"Was de bus vol?"
"Ja, de bus was heel vol. Maar ik voelde me alleen ondanks de mensen.
Misschien
is dat wel de grootste eenzaamheid."
"Verlangde je naar me?"
"Ja en nee."
"Verlangen heeft altijd z'n ja en z'n nee. Dat is het wezen van het
werkelijke
verlangen. De vreugde van het ja, de pijn van het nee."
"Waar gaat het met ons naar toe?"
"Ja, waar gat het met ons naar toe?"
"Ik heb nagedacht."
"Ja, in de bus."
"De bus was vol, ik was leeg."
"Heb je genoeg van me?"
"Niet van jou, van mezelf."
"Dat is het zelfde"
"Dank je."
"Ben je bang geworden van je huwelijk?"
"O nee, ik heb het huwelijk altijd beschouwd als het samen gaan van twee
vrije
individuen, met de erkenning van de onvolmaaktheid daarvan, waarbij de
partners
eigenlijk wederzijds vrij moeten zijn in gebondenheid."
"En dat van ons was toch heel iets anders dan van de anderen?"
"Ja natuurlijk, heel anders dan van de anderen."
"Toch geen gewoon overspel."
"Nee, geen gewoon overspel. Dat van ons was veel mooier, dat van ons was
veel
minder banaal."
"Maar waarom wil je dan van me af?"
"Ach, een vlucht misschien uit ons niemandsland zonder normen, terug naar
de
veiligheid van de bestaande moraal."
"Jij voelt je inmoreel."
"Nee, amoreel."
"Waarom lach je?"
"This world is a tragedy to build that feel, comedy to those that thinks;
zegt
Wirlpool."
"Ach, zeg het toch wat eenvoudiger"
"Goed, eenvoudiger."
Ik weet niet wat het is, Marie
Maar ik voel; d'r is iets mis, Marie
Waar moet het nou in vredesnaam naar toe
Het gaat me hinderen, Marie
Het zijn de kinderen, Marie
Ik krijg genoeg van al dat stiekeme gedoe
Want als ik 's avonds aan het bed van m'n kleine jongen sta
En hij vraagt: "Waar ga je heen, moet je nu nog werken pa?"
Ach weet je, dat doet zeer, Marie
Dan kan ik het niet meer, Marie
Dan wil ik er af, dan zeg ik: "Dag Marie, ik ga"
refr.:
De geest wil wel, maar ach, het vlees is zwak
Het overspel gaat steeds met meer gemak
Ik weet hoe jij dat voelt, Johan
Ik weet wat jij bedoelt, Johan
Het is ook niet makkelijk voor jou en niet voor mij
Maar vergis je niet, Johan
Straks dan mis je me, Johan
En dan ken jij net meer terug, dan is 't voorbij
Je hebt zelf gezegd dat zonder mij je onvolledig leeft
Omdat ik weet wat een mens als jij het meeste nodig heeft
Wees nou redelijk, Johan
't Is niet onzedelijk, Johan
Als je weet dat straks je vrouwtje toch vergeeft
refr.
Ik weet niet wat het is, m'n schat
Maar ik voel, 't gaat weer mis, m'n schat
Waar moet dat nou in vredesnaam naartoe
Dat zelfs die kinderen, m'n schat
Ons niet verhinderen, m'n schat
Om weer te doen wat ik al maanden met je doe
Maar als ik thuis ben denk ik altijd
"Nee, m'n schat heeft ongelijk"
Maar dat lijkt me zo onwezelijk
Zodra ik naar haar kijk
En ach, wat geeft het ook, m'n schat
Als een mens maar leeft, m'n schat
Zet de goden of geboden toch geen zoden aan de dijk