refr.: Wij blijven de allerbeste vrienden Jij en ik en ik en jij, met 't hobbelpaard erbij Wij blijven de allerbeste vrienden Want komt pappie 's avonds thuis Nu, dan is er feest in huis Pak ik gauw mijn trein Want dat vindt hij fijn Of we spelen indiaan Totdat ik naar bed moet gaan Daarom blijven wij altijd de beste vrienden Die steeds naast elkaar in 't leven zullen staan
Vader zijn valt heus niet mee, 't leven heeft z'n wel en wee Maar een boy als jij maakt me rijk en blij Jongen zijn is ook geen pret, elke dag op tijd naar bed Altijd maar gehoorzaam zijn, 'k moet naar school, al ben ik klein Zo heeft toch elk van ons z'n eigen zorgen Toch beklagen wij ons niet En zingen saam dit lied
refr.
Ook al ben je nu nog klein, eenmaal zal 't anders zijn Na 't jongensboek komt de langebroek Speelgoed heeft dan afgedaan, loop je achter meisjes aan En je vader, die staat dan niet meer op 't eerste plan Maar pappie, zoiets mag je toch niet zeggen 'k Ben uiteindelijk toch een man waarop je bouwen kan