Zijn naam is Friso Winter. Hij heeft al in zijn jeugd Tot wanhoop van zijn keurige familie niet gedeugd En menig buurtbewoner sprak hem bestraffend aan Als hij weer eens een zware overtreding had begaan
Winter, Winter, zo komt er niets van jou terecht Dat werd een tijd geleden, Winter, al door Sinterklaas gezegd
Men hoopte op zijn inkeer, dat heeft niet lang geduurd De jongen groeide op en werd de gesel van de buurt 't Is meer dan eens gebleken, dat Friso ongevraagd Het aantal graden Celsius aanzienlijk had verlaagd
Winter, Winter, zo riep het hele wooncomplex Wie kan er nu zo laag zijn, Winter, wie verzint er zo iets geks
De buren waren grimmig, zijn ouders diep gegriefd En onder zijn collega's was hij ook al niet geliefd De oude juffrouw Zomer, baas Voorjaar, meester Herfst Ze riepen driewerf schande, juffrouw Zomer het driewerfst
Winter, Winter, waarom heb jij het weer gedaan Je moet dat nu eens laten, Winter, niemand vindt er iets meer aan
Maar Friso was onstuitbaar op weg naar galg en rad Hij strooide nu eens vlokken, maakte dan weer straten glad En bevend van de koude, van boosheid en degout Zei iedereen: 't Is Winter weer! En schreeuwde men hem toe
Winter, Winter, je foto is al aangeplakt Je wordt vandaag of morgen, Winter, wel door Interpol gepakt
U ziet dat Friso Winter het lelijk heeft verbruid Maar blijft u even zitten, het verhaal is nog niet uit De schurk werd ondanks alles nog niet gearresteerd En onlangs is hij zelfs weer in ons land teruggekeerd
Winter, Winter, en toch ontloop je niet je straf Al ben je nog zo'n goede sprinter Eens zullen we je hier of ginter Verdelgen tot de laatste splinter Wacht maar af, Winter Wacht maar af