De metingen zijn verricht Een vrouwzachte stem streelt de handelingen van Mefistofelis, de magier van het losse zand In de schaduwen van een nieuwe maan, op de grens van de randgeaarde wereld Strekt het gebied van de magister zich uit onder een dekmantel van zeer gewone dingen Onlangs stond in een strook van bergen de man op een vrouw gelijk Hij bezat de formules waarmee een vrouw tot man werd
De kleuren van z'n stem De bruine ogen in z'n gelaat De lange strengen van z'n haar Het hanteerde met simpele gebaren het gebergte tot grondstoffen voor de Homunculus Kind buiten de moeder, kind uit de moeder Zoals hij Torralba & Gauricus
De spreuken van z'n heer, Meester magier Paracelsus, astroloog en alchimist Keerden nu weer in de gedaante van de Homunculus Het kind buiten de moeder, kind uit de moeder Zoals hij Torralba & Gauricus
In de diepte van vele spelonken droegen vrouwen ertoe bij dat formules elementen smolten Zoals het zand tot spiegels werd, uit het niets gelijk De Homunculus Het kind buiten de moeder, kind uit de moeder Zoals hij Torralba & Gauricus
Maar Swedenborgh reeds vloog Stockholm voorbij om achter zich de vlammen te zien van een katastrofe in z'n gedachten Zoals ook de homunculus werd het kind buiten de moeder, kind uit de moeder Zoals hij Torralba & Gauricus
En daar zitten ze Duivel en Tlazolteolf, koningin van de sabbath Gekroond als koningen, koninginnen die op aarde sterven in geld en marmelade Prinsen en prinsessen wier pruiken schroeien in de vlammen van het brandend kruis Daar zit hij, de Duivel wiens kont is gelikt en die zich nu te goed doet aan het vlees van verkoolde kinderen En voor zijn troon dansen en zingen heksen te zijner ere
Kinderen van Arion Kinderen van Nerion Kinderen van Ur, Baldar en Sater Kinderen van de maan Dochters van Varaan Zonen van Waldaan Noem de naam
Van Ra en Baldur Kinderen van Ur, Myrthe en Syra Vrouwen van de god Achter de stromen Achter de bomen Waar de trollen wonen Noem de naam
Goden en saters, langs koele waters, preken wat waar is In de naam van Ra, dochter en zoon, heer van de troon is Loon de ikoon Noem de naam Van Jimjohn de dwerg, nicht van de berg Van de god Alister, waar woont de zwaan Kinderen van de maan Dochters van Varaan, Ioda en god Waldaan Noem de naam De naam Arfistel De naam Mefistel Vouw het epistel, brandt het en tel tot vier Satan is hier
En dan wijken allen voor hen die van verre kwamen en nieuw zijn De nieuwgekomenen
'Alegros, que gente nueva tenemos, alegremos'
En dan wijken allen voor hen Welkom in de naam van Satan en zijn volgelingen In stilte stijgen zij af, als ze kwamen op bokken die langs maan en nevelvlek hun weg vonden naar hier Dan lopen ze langzaam in een rij naar het gevallen kruis en vertrappen het in afschuw en woede In hun weelderige gewaden naderen ze nu de troon van de kwade monarch die opstaat en zijn hand heft Men knielt en wacht De vrouwen met lange rokken van welstand en adel, besmeurd met modder en mos Heren die in het achterland paraderen als God en Gabriel en nu wachten op het doopsel van de duivel In hun gevouwen handen bieden zij ziel en zaligheid Ze worden tot dienaar En dan is het moment gekomen dat ze hun nette kleren afdoen, alles voor Satan Schamel en naakt maar in uiterste vervoering zijn ze tot alles in staat Ze kussen eerbiedig zijn billen
Dan breekt de hel los Ze worden gillend omringd door toekijkende trollen, kollen en kobolten De heksen krijsen en dansen Wij dansen, schreeuwen, splijten de aarde Onophoudelijk tot schuimens toe, geverfd in felle kleuren, zwepen wij elkaar op en werpen rook en vuur We scheuren de nevels aan flarden en stijgen Wij stijgen WY STYGEN in cirkels en spiralen door lovertakken spinrag Terwijl raven en nachtvlinders ons omringen en leiden tot boven boomtoppen en torenspitsen In een roes van spattend hellevuur verlaten we de heuvel Naar boven, naar Zenith en Zodiac Naar hel en Duivel Wij Torralba & Gauricus Tlazolteolf Paramon Liba & Avernos Palo Hasch Gondolin
De enkele ongenode gast, per vergissing aanwezig en nu achtergebleven, zet zich Na de schouw tot het voorbereiden van sagen en legenden Het afschrikwekkend voorbeeld voor een volk in het achterland
De wind verstuift het zand en bedekt de sporen van Satan's voze volgelingen die wachten op de avond