Verse 1 Mijn lieve God hoe is het mogelijk dat ik jou hier ontmoet. Ik dacht dat ik jou never meer zou zien. Ik dacht ik weet niet wat ik dacht maar ik denk nu wat is dit goed meesterlijk en aardig bovendien.
refrain: En ik ben blij dat ik je niet vergeten ben. Dat ik nog zoveel kleine dingen van je ken. Omdat ik steeds ben blijven dromen dat het toch zover zou komen ben ik blij dat ik je niet vergeten ben.
Verse 2 Want het was zeven jaar geleden al een half jaar voorbij, dat is verdomd een hele tijd. We waren jonger en ik hield niet meer van jou dan jij van mij, we scheidden maar ik raakte je niet kwijt.
refrain
Verse 3 Je vraagt of ik na al die jaren je onmiddellijk heb herkend of ik soms nog wel eens aan je heb gedacht. Wat dacht jij dan dat je een ander bent geworden dan je bent in een nacht.
refrain
Verse 4 Natuurlijk zijn we in die jaren onze eigen weg gegaan met anderen in ons hart en in ons huis. Maar nu ik je weer gevonden heb, laat ik je niet meer gaan. We komen samen uit en samen thuis.