Ik liep vanmorgen even langs mijn zuster Ik had mijn zus alweer een week niet meer gezien Toevallig had ze juist een nieuwe vriend gevonden Zo'n echte zesenhalf, op een schaal van een tot tien Hij deed alle moeite in de smaak te vallen Lachte om grappen en gaf haar vaak een zoen Maar als hij in haar hart had kunnen kijken Dan had hij gauw gezien dat hij zijn tijd liep te verdoen Ik word er niet zo vrolijk van Dat zo'n meid goed liegen kan
refr.: Maar om mezelf Om mezelf kan ik wel lachen Elke keer wanneer ik je bedrieg Maar ook daarna Wanneer ik met een stalen smoel Zonder te blozen de grootste leugens lieg
Ik zat gisteravond naar het nieuws te kijken Ik had het nieuws alweer een volle week gemist En een minister liet onbetwistbaar blijken Dat hij helemaal getikt was of een slechte humorist Niets ging te ver zijn kiezers te behagen Trok gekke bekken en zijn eerlijkste gezicht Hoewel hij makkelijk een mens kon imiteren Leek het net een valse hond die goed was afgericht Ik word er niet zo vrolijk van Dat zo'n man goed liegen kan
refr.
Ik zat in een cafe En ben de tijd vergeten Ik zag een oude schoolvriend Ben met hem wezen eten Ik heb nog wel gebeld Maar je was niet te bereiken Als jij een keer laat thuiskomt Loop ik ook niet zo te zeiken
Ik word er niet zo vrolijk van Dat iedereen goed liegen kan
refr.
Zonder te blozen Zonder te blozen Zonder te blozen Zonder te blozen Zonder te blozen Zonder te blozen