Het is allang weer afgelopen met de Praagse lente En god bewaar me voor Chileense tegenargumenten De knoet kan rood of zwart zijn Maar die knoet wil altijd slaan De dictatuur maakt links en rechts dezelfde korte metten Met ieder die zich tegen zijn dictaten durft verzetten Stel nou eens dat er hier een komt Hoe zou het hier dan gaan Wie waagt zich dan aan een protest En wie blijft zich vergapen De goeden en de kwaden De bokken en de schapen
Wanneer zo'n dictatuur hier in dit land ooit huis gaat houden Wie moet ik dan gaan vrezen, en wie kan ik nog vertrouwen En zegt het dan nog wat zoals ik nu de mensen ken De protesteerders zullen die dan stem verheffen De verontrusten zullen die dan ook het kwaad beseffen Wat weet ik van degenen waar ik door omgeven ben Wie staat dan juichend langs de kant En wie grijpt naar een wapen De goeden en de kwaden De bokken en de schapen
En dan hoe zal het gaan met wie mijn lief zijn in die dagen Zal mijn familie mij nog op visite durven vragen Of liever maar niet thuis zijn als ik langs kom onverwachts Zullen mijn beste vrienden mij zonodig wel verbergen Of zullen ze mij vragen zoveel niet van hen te vergen Zal ik naast iemand nog wel hardop durven dromen 's nachts Wie wordt dan van zijn bed gelicht en wie mag blijven slapen De goeden en de kwaden De bokken en de schapen
Wat weet ik trouwens van mezelf, ik durf niet eens voorspellen Of ik dan zelf bereid zal zijn om me te weer te stellen Als daar gevangenisstraf op staat, vernedering en pijn Zal ik dan kunnen zwijgen als ik iets niet prijs wil geven Zal ik dan kunnen sterven als ik graag wil blijven leven Zal ik dan moed voldoende hebben om niet laf te zijn Wie zullen dan de jagers zijn en wie zijn dan de prooien De bokken en de schapen De levenden en de dooien