Als 's morgens vroeg om zeven uur de wekker gaat Dan denk ik steeds o jee o jee het is alweer zo laat Ik moet nu op gaan schieten De douche aan en mijn jas Dat kan niet tegelijk Maar dat merk ik later pas
(Altijd… altijd) tijd te kort… tijd te kort Ik heb altijd tijd te kort Ik heb altijd tijd te kort Altijd… altijd tijd te kort… tijd te kort Dat is waar ik zo gek van word Want de tijd zit altijd tegen nooit eens mee Elk uur mist tien minuten Elke dag een uur of twee
Soms wil ik boos zijn maar moet lachen tegelijk Een dutje doen terwijl ik naar de televisie kijk Ik wil graag vissticks eten Maar eigenlijk ook patat Met volle mond mijn tanden poetsen Maar hoe doe je dat?
(Altijd… altijd) tijd te kort… tijd te kort Ik heb altijd tijd te kort Ik heb altijd tijd te kort Altijd… altijd tijd te kort… tijd te kort Dat is waar ik zo gek van word Want de tijd zit altijd tegen nooit eens mee Elk uur mist tien minuten Elke dag een uur of twee
Moet ik naar school Dan wordt het net heel spannend in mijn boek En ga ik buiten spelen Komt mijn opa op bezoek Ik wil gewoon gaan skaten Of voetballen misschien Beroemd worden, een held zijn En nog slapen bovendien
(Altijd… altijd tijd te kort… tijd te kort Ik heb altijd tijd te kort Ik heb altijd te kort Altijd… altijd tijd te kort… tijd te kort Dat is waar ik zo gek van word Want de tijd zit altijd tegen nooit eens mee Elk uur mist tien minuten Elke dag een uur of twee)