Nee Karel, nee Karel, niet vandaag Nee Karel nee, al wil je nog zo graag Er zijn van die dagen dat ik niets kan velen Ga maar liever schaken met die interlectuelen Wie weet wil ik moren, maar dat is nog de vraag, dus Nee Karel, echt Karel, heus Karel, echt Karel Absoluut niet vandaag
Ja ja ik wou, dat ik naar huis toe wou Al naar m'n vrouw, m'n eigen vrouw Ja ja ik wou, dat ik naar huis toe wou Al naar m'n vrouw, m'n eigen vrouw
He Thijs, waar is je rijbewijs He Thijs, wat is er loos Je hebt een mooie auto voor je huis Maar zit er nooit meer in dat is niet pluis He Thijs, waar is je rijbewijs He Thijs, wat is er loos Je hebt een mooie slee Nu sta je op lijn twee He Thijs, waar is je rijbewijs
Als m'n Manometer goed staat Weet ik wel dat alles goed gaat En als je net als ik de stoomwet hebt gelezen Dan heb je van explosies niks te vrezen Daarom slaap ik nu na al m'n klussen Met de stoomwet onder m'n kussen Dan krijg ik alleen nog maar een mooie droom Van stoom (stoom) stoom (stoom) stoom
Zuster, oh zuster Wanneer krijg ik m'n prik Dan ben ik in m'n schik Zuster, oh zuster Voor mijn part kom je binnen in je duster Want in het ziekenhuis Daar voel ik mij pas thuis Want jij bent toch zo'n schattebout Waar iedereen zo veel van houdt Zuster, oh zuster Wanneer krijg ik m'n prik Dan ben ik in m'n schik Zuster, oh zuster Je weet dat ik van jou toch alles pik