De bel klinkt nog na in de gang Haar figuur breekt in stukken achter het matglazen raam Op de deur, die andere naam Ze doet open, haar hand aan de deur, die glimlach, die geur En ze vraagt: "Was het makkelijk te vinden?" Ze zegt dat ze gelukkig is, zegt dat ze gelukkig is Zegt dat ze gelukkig is, ze zegt dat ze gelukkig is
Dat uitzicht, je woont hier best mooi Ja, het gaat met zijn tweeen, maar straks dan wordt het te klein Als over twee jaar de kinderen er zijn De koffie is klaar, dat haar, datzelfde gebaar Ze vraagt: "Nog steeds melk en suiker?" Ze zegt dat ze gelukkig is, zegt dat ze gelukkig is Zegt dat ze gelukkig is, ze zegt dat ze gelukkig is
We gaan eens naar Ijsland dit jaar Nee niet in Augustus, want zomers dan is het zo druk Ja, in de winter dan scheelt dat een stuk Het bankstel te laag, het vloerkleed te dik Ze volgt mijn blik en ze vraagt: "Blijf je eten?" Ze zegt dat ze gelukkig is, zegt dat ze gelukkig is Zegt dat ze gelukkig is, ze zegt dat ze gelukkig is
Het spijt me ik moest weer eens gaan Nee, ik kan echt niet blijven, ik heb vanavond nog zoveel te doen Heel voorzichtig geeft ze een zoen Haar hand aan de deur, die glimlach, die geur Ze aarzelt en zegt: "Je moet gauw weer eens komen" Ze zegt dat ze gelukkig is, zegt dat ze gelukkig is Zegt dat ze gelukkig is, ze zegt dat ze gelukkig is