Als ik in je ogen kijk, zie ik dat ze leven ook al zijn de pootjes eromheen een teken van verval Als ik in je ogen kijk, zie ik toekomst en verleden je hang naar het heden, als ik in je ogen kijk Toen je een mooie jonge meid was, stond ik aan je balkon me te verdringen met dertig zangers die allen voor je wilden zingen een trommelaar uit Mozambique, een congaist uit Zaire een Spanjaard met zwarte manen en daartussen stond ik
Je gaf ons allemaal de bons en je trouwde met Lodewijk want hij had een goede baan en een zeker gezag Hij zorgde goed voor de kinders en voor het rozentuintje voor het huis in de Pythagoraslaan, dat er mooi bij lag
Je had het ritme van de wasmachine en de muziek van de ventilator de liefdesliedjes voor de Volvo, zaterdags in het sop Onder het balkon staat de bak met de plantjes en die maken ook geluid als de wind met ze speelt
Maar zo nu en dan zie je ze weer, die zangers die zich om je verdrongen die aria's en hymnes en liefdesliedjes voor je zongen de trommelaar uit Mozambique, de congaist uit Zaire de Spanjaard met de zwarte manen en daartussen sta ik