Iedereen heeft z'n rivier en ik, ik heb de IJssel Langs de kleine dorpen stromen glinsterende kinderdromen Iedereen heeft z'n rivier en ik, ik heb de IJssel
In de zachte koeieogen spiegelt zich een heel klein strand Kleine voeten in het water, kleine klompen op de kant In de zachte koeieogen spiegelt zich een heel klein strand Kleine kolken in het water, grote dromen op de kant In de zachte koeieogen spiegelt zich de eerste mond Grote woorden aan het water, kleine liefde op de grond In de zachte koeieogen spiegelt zich een kleine hand En schrijft de allereerste naam met grote letters in het zand
Iedereen heeft z'n rivier en ik, ik heb de IJssel Langs de groene dorpen stromen glinsterende kinderdromen Iedereen heeft z'n rivier en ik, ik heb de IJssel
In de zachte koeieogen spiegelt zich het kleine strand Schipper, ik moet overvaren; schipper, naar een groter strand In de zachte koeieogen spiegelt zich voor het laatst een hand Gooit de dromen in het water, afscheid van een kinderland
Iedereen heeft z'n rivier en ik, ik heb de IJssel En de zachte koeieogen volgen alles onbewogen
Iedereen heeft z'n rivier en in mij, in mij stroomt de IJssel Iedereen heeft z'n rivier en in mij, in mij stroomt de IJssel Iedereen heeft z'n rivier en in mij, in mij stroomt de IJssel Iedereen heeft z'n rivier en in mij, in mij stroomt de IJssel Iedereen heeft z'n rivier en in mij, in mij stroomt de IJssel