Ik word wakker en ik voel het weer Nog met m'n beide ogen dicht Angstaanjagend wat ze doen Aan de binnenkant van m'n gezicht Langs de kaken waarin tanden Rechtop staan in ovale kring Sturen ze m'n moeie tong Op een morgenwandeling Ze stofzuigen in donk're holtes Achter m'n verstijfde wangen Slaan wat spijkers in m'n kassen Om m'n ogen op te hangen Ze klimmen snuivend door m'n neus Tot boven in m'n maffe hoofd En schudden een paar hersens op De rest blijft godzijdank verdoofd
Ik word wakker en ik weet het weer Uit allang vertrouwde bronnen Er wordt geklopt, geknord, gerekt Ja, ze zijn met me begonnen Ze rommelen wat in m'n maag Ze schrapen door m'n rauwe keel Ze douwen aan m'n ruggegraat Want niks, nee niks, is hun te veel Ze willen dat wat losse wervels Als ik eind'lijk overeind kom Keurig opgestapeld staan Die gekken eisen een kolom
Ik word wakker en ik voel het weer Ze treiteren m'n ogen open M'n ooglid rukken ze omhoog Want die trutten blijven hopen Dat, als het nieuwe morgenlicht Als een bliksem m'n pupil raakt M'n rechter been van schrik een zwaai Richting de begane grond maakt Dat dan het linker been zal volgen Uit ooit gezworen domme trouw En dat ik op de bedrand zittend Gechanteerd door die klerekou Er, als elke dag, weer bij zal zijn Zodat de afdeling transport Verder aan mij een makkie heeft Nou We zien wel wat het wordt