Wanneer de bollen bloeien in hun wondertere kleuren En zoetbedwelmend geuren Daar ginds bij Hillegom Dan zegt Moe: "Pa, de bloemenvelden maggen we niet missen" Maar Pa bromt: "Ik ga vissen Wat zie je aan zo'n blom" Na enige discussie komt er een echtelijke wrijving Ma wenst hem een verstijving Of 'n taam'lijk dik gezwel Pa snapt het niet direct En staat eerst wat verwonderd Zegt dan: "Ben je be...reid schat" En daar gaat het heele stel
refrain: Naar de bollen Naar die prachtige bollen Waar je sprakeloos geniet Van de kleuren, die je ziet Naar de bollen Die heerlijke bollen Want die zie je maar eenmaal in het jaar
Men ziet de cavalcade in een moterbussie stappen De kind'ren ginnegappen En deinen heen en weer Ma trapt een mag'ren heer Die z'in de bus passeren moet Een beurs plekkie in z'n voeten En lispelt: "V'rekskuzeer" "Marietje", zegt Ma, "Zit niet al door in je neus te pulken" Het kind gaat aan het bulken En Pa vermaant z'n vrouw "Dat jij 't niet gracieus vindt Het is je eigen neus, kind Ze pulkt toch niet in die giechel van jou"
refrain
Bij 't dolen door de velden slaakt Marietje plots'ling kreten "Een slang het me gebeten Ik ga het hoekie om" Ma zegt: "Het is een fietsband, leg niet zo gemeen te janken Dat he' j' aan j' vaar te danken Die wou toch naar Hillegom" Ze peinst over een frontaanval, gevolgd door 'n tatouage Zegt iets over een blamage Zo'n dikke dronken os Pa zegt: "Oud fregat Wat let me of ik nek je" Draait onder dat gesprekje Een paar ledematen los