Ze had het goed getroffen met 't bed in haar hotel Het kraakte helemaal niet en de meeste doen dat wel Ze was Amerikaanse en op drift in onze stad En 'k had al in geen tijen zo'n brok drijfhout vastgehad Ik had haar een minuut geleden op de hoek ontmoet 't Was of de bliksem insloeg, 't zat meteen volkomen goed En 'k vroeg haar nu vol tederheid, gehuld in slechts een sok Waar of ze wel vandaan kwam en ze zei: "From Little Rock" Toen maakte ik een grapje, ach het was niet eerste klas En zei dat ze toch hopelijk geen negerhaatster was Maar 'k had haast ogenblikkelijk spijt van deze flauwe grol Want toen ik dat gezegd had zei ze: "Sure, I hate them all" Eerst dacht ik nog, ze neemt me bij de neus Maar nee, o nee, ze was heel serieus "Hoe kun je negers haten", zei ik flink En zij zei: "Well I hate them, 'cause they stink"
Ik had nog steeds een sok aan en ik stond daar wat ontdaan Moest ik die sok nou uitdoen, of de andere weer aan Omdat het voor een progressief niet erg integer staat Wanneer 'ie met 'n meisje slaapt dat arme negers haat Maar ondertussen lag ze daar, zo blank als verse room 't Was duid'lijk dat ze dacht: Wat zet 'ie nou op voor een boom Want ik begon, in tegenstelling tot mijn liefste wens Een aarzelend gesprek over de Rechten van de Mens Ik had het over dingen die u allemaal wel weet Ik had 't over armoe, over onrecht, over leed Maar wat 'n man ook ooit voor noob'le dingen zeggen zou 't Maakt bitter weinig indruk op een poedelnaakte vrouw "You have to love the negroes", zei ik heet En greep haar in mijn wanhoop heftig beet Met die methode boekte ik succes Want zij begon te hijgen en zei: "Yes"
Toen hebben we d'r dadelijk een feestje van gemaakt En nimmer had de liefde mij zo honingzoet gesmaakt Want ook al had natuurlijk nooit een haan ernaar gekraaid 't Was heerlijk om te weten: 'k heb het goede zaad gezaaid Maar toen ik haar verlaten had, de vollegende dag Begreep ik dat ik het misschien wat optimistisch zag En dat ze weer terug zou keren tot haar waanidee Maar achteraf bekeken viel dat allemaal best mee Want 's avonds in een kroegje aan de Amstel zag ik haar Ze zat er iets te drinken met 'n neger aan de bar Ik ben er even bij gaan staan, we hebben wat gepraat 't Was haast niet meer te zien, dat ze ooit negers had gehaat Hij heeft voor haar de borreltjes betaald Toen zijn ze in het donker weggedwaald En ik ging in m'n eentje naar m'n bed En nooit heb ik haar weergezien... de slet