De eerste avond in een ander bed Een kussen waar je even aan moet wennen Het schijnsel van een blauwige lantaarn voor het huis En geluiden die je nauwelijks kunt herkennen Je denkt nog even aan de fijne dingen bij je thuis Het lijkt vanavond erg lang geleden Gelukkig brandt de hele nacht een lichtje op de gang Als je plassen moet dan moet je naar beneden
refr.: Logeren - voor de allereerste keer Je voelt je nog hulpeloos en klein Eerst een beetje bang Eerst een beetje vreemd Een heel klein beetje heimwee Maar later toch wel fijn
De eerste ochtend in een ander huis Je ziet een stukje hemel door de ruiten Je hoort gedempte stemmen en het ruisen van een kraan En gerammel van een melkemmer buiten Je tante komt je roepen, want je boterham staat klaar En dan zit je met de pruimejam te knoeien Je krijgt ook nog een eitje en dat lust je niet zo graag Maar je tante zegt: "je moet er nog van groeien"
refr.
De tweede avond in je nieuwe bed De stilte van het land suist in je oren Er sputtert in de verte nog een brommer langs de weg En er klinkt een roestig klokje in de toren Je speelde met de schapen en je voerde het konijn Je neefje wist een mierennest te zitten En na het eten kon je niet meer kijken van de slaap En je tante zei: "ga jij maar lekker pitten"