Toen 'k een jongen was van amper achttien jaar Was 'k natuurlijk altijd voor een pretje klaar En het spreekt vanzelf, ik ging Ook naar de zangvereniging Want daar was je heel gezellig bij elkaar
En ik zong daar met het meeste vuur tenor Of, laat 'k liever zeggen daarvoor ging het door Maar de hoofdzaak was dat niet Want zelfs onder 't schoonste lied Keek ik altijd naar een meisje uit het koor
En ik kwam toen in haar gunst Als een broeder in de kunst Maar toen m'n stem het niet meer dee Kreeg ik heel gauw m'n conge
refr.: Toch denk ik altijd nog met liefde aan m'n eerste M'n eerste meisje van de zangvereniging M'n allerliefste klein sopraantje Waar 'k mee wandelde in 't maantje Maar die niet meer aan me denkt nu 'k niet meer zing
Toen m'n stem versleten was en 'k niet meer zong En een and're zanger m' uit haar gunst verdrong Moest ik aan m'n smart gewennen 'k Leerde and're meisjes kennen Naar wier gunst ik met vernieuwde woede dong
Maar hoe mooi, hoe lief ze soms ook zijn geweest Een herinn'ring zweefde altijd voor m'n geest En ik hoorde in m'n oor Het sopraantje uit het koor Dat m'n eerste grote liefde is geweest
Als 'k een avontuurtje had En een meisje hield omvat Als ik blikte in haar oog En m'n ziel ten hemel vloog
refr.
Als ik straks nu toch nog met een ander trouw En dan deftig ondertrouwreceptie hou Met zwarte jassen, lang en kort Ooms en tantes, witte port Zie ik toch met lichte weemoed naar m'n vrouw
Als ik in de kerk dan voor het altaar sta En gearmd de lange loper overga En de mensen kijken uit Naar de bruigom en bruid En de vrienden en vriendinnen zien ons na
En ze zingen ongezien 't Bruidskoor uit de Lohengrin En ik sta daar en ik hoor De sopranen van het koor