Ik weet het wel, de zomer is voorbij O, er zingt allang geen merel meer in mei En het groen valt van de bomen Nu de grijze nevels komen Omdat het killer wordt Omdat het stiller wordt Ik weet het wel, het was een heidens vuur Dat ons helemaal verteerde op den duur Dat ons bloed feller deed stromen Maar dat nooit terug zal komen Dat vuur is uitgedoofd, de zomer is voorbij
refr.: Maar toch, wij weten diep van binnen Zullen wij weer opnieuw beginnen Zullen wij ontwaken, weer gelukkig zijn Ik zal mezelf en jij jezelf weer zijn Heel vrij maar dicht bijeen En nooit meer bang zijn Want we slaan er ons doorheen
Ik weet het wel, het was niet zo'n vrolijk lied Maar een klaagzang van vervreemding en verdriet Het was een lied zonder akkoorden En al te vaak ook zonder woorden Zodat het stiller werd Zodat het killer werd Ik weet het wel, we waren nog een paar Maar de twijfel dreef ons langzaam uit elkaar We droomden onze eigen dromen Om aan de andere te ontkomen Wij zijn alleen met twee vreemden naast elkaar
refr.
Ik weet het wel, de zomer is voorbij En al zingt er dan geen merel meer in mei Al verkleuren alle bomen Laat de winter nu maar komen Want we zijn niet meer bang voor morgen Maar gelouterd en geborgen Zo brengt de tijd ons ieder uur weer dichterbij