Damn, m'n bloed gaat lopen, ik heb zin om iemand te slopen. Al mijn frustraties moet ik kwijt en als dat jou shockeert, schijt. Geen gezeik daar staat mijn hoofd niet naar, dus oprotten voor ik een moord bega. Ik word opgefokt van de dagelijkse shit, prive, op mijn werk en als ik in de tram zit. Ik irriteer me en irriteer me, ik concentreer me, maar het frustreert me. Ik beuk mijn vuist hard op de muur, krijg ik ook nog gezeik van m'n buur. Tering bitch, rot naar je graf, sorry ik ben vandaag een beetje kortaf.
Want ik irriteer me weer en weer, tot ik op een keer explodeer. De belasting, rekeningen en salaris, je wilt het niet geloven maar je weet dat het waar is. Geld is makkelijk maar je krijgt niets, je wilt een goeie auto maar je bent met de fiets. Of je wacht op de tram maar er komt geen moer, man ik heb de pest aan het openbaar vervoer. Je wilt graag neuken maar je hebt geen vriendin, je wilt naar een nachtclub maar je mag er niet in Je hebt de diarree maar er is geen plee, je wekker zegt wordt wakker maar je hoofd zegt nee. Je loopt op straat en je trapt in de schijt, je loopt met problemen maar je kan ze niet kwijt. Al die frustraties bij elkaar, worden voor jezelf een groot gevaar. Als je ze opkropt opslokt en het je opfokt, je mot geschopt tot je er voor dokt. Adrenaline gaat vloeien als benzine, in een niet te voorziene woede die ik moet bedienen en uiten. Of je gaat jezelf te buiten, tot ze jou opsluiten, want je bent niet te stuiten. Ik moet koel blijven dus ik drink me stijf en dat is geen manier, toen ben ik rijms gaan schrijven. Geweldloos en ongevaarlijk koel ik nu mijn woede. Maar hoe bezwaarlijk zijn mensen die zeiken. Zogenaamd kritisch kijken, mijn teksten vergelijken omdat ze afwijken. Ik ben mezelf en niet wat je leest, een hardcore rapper geen lammetje of beest. Mensen die hardcore hip-hop niet snappen maken slappe grappen maar we klappen en we trappen jou echt, held, als je zeikt over geweld, laat tot je doordringen wat ik heb verteld. Jullie ondermeer is waaraan ik me irriteer, dus door jullie schrijf ik alleen meer. Wat nu weet ik ermee om te gaan en ben van onderaan aan de top gaan staan.