Kijk, zei de meid, ik heb geen tijd En ze ging weer verder met het vegen van 't tapijt Maar ik wou haar, ik wou alleen maar haar beminnen Maar ze zei: Wacht nou, want m'n hoofd staat er niet naar
Toen ben ik naar de hoek gegaan En ik keek het vrouwtje van de slager smekend aan En ze zei: Jongen, je hoeft niet bij me aan te kloppen Want ik ben net bezig met de worst te stoppen
Toen naar de vrouw van de dominee Maar die zat net te pimpelen met een vriend uit het cafe En ze zei: Jongen, wat kom je nu toch ongelegen Mijn vriend uit het cafe ben ik nu meer genegen
Weer toen naar de burgemeestersvrouw Maar die deed net of ze me niet meer kennen wou En ze zei: Jongen, ik heb wat LSD genomen Dus moet ik daar nu even van bekomen
Toen naar de dochter van de gezant Maar die was net bezig met 'r allereerste klant En ze zei: Jongen, ik heb de hele nacht staan pezen Dus wil ik nu eens even stil gaan wezen
Toen naar een dame van het hof Maar die zei: Sjonge, wat is dat nu toch een sof Want ik heb juist vannacht weer eens een feest gegeven Alle nichten zijn vertrokken en de neven zijn gebleven
Weer terug naar de meid, ze had nu tijd We zijn samen gaan liggen op het propere tapijt Want ik wou haar, ik wou alleen maar haar beminnen Dus wou ik snel met het heerlijk toverspel beginnen
En mijn hart raakte bom-bam, bom-bam, bom-bam, bom... van zinnen