Wat is het, dat soms in een mannenleven Zo ongewild opeens naar boven komt Een roep die uit de oertijd aan komt zweven En plots de dagelijkse sfeer verstomt Z'n vrouw en kind zou hij niet willen missen Maar evenmin zijn hart, ontvlamd in vuur Zomaar bij 't aquarium met de vissen Dan hunkert 'ie opeens naar avontuur
refrain: Een man is maar een man Meer maak je er niet van En door de tijden heen Een jager of soldaat De goedheid of het kwaad Daar doe je toch niks an Een man is maar een man
Een eeuw verstreek, de man kan niet meer jagen Alleen nog met zijn auto door't verkeer Geluk dat weegt 'ie af in geldbedragen Zijn huis dat bouwt 'ie zelf allang niet meer Een kratje pils moet kracht en moed verkroppen De ridder zonder blaam zit zonder vuur Beschuitjes in de lauwe thee te soppen Enhunkert stiekem naar wat avontuur
refrain
Hij is gebouwd om 't oerwoud in te trekken Z'n brood dat was het jagen op een dier Geen girocheques, maar vechten of verrekken Maar nu vecht hij alleen nog met papier Wil hij in tel zijn, moet hij zich gedragen Charmant, modieus en ridder achter 't stuur Maar zou je 't hem op de man af vragen Dan hunkert 'ie nog steeds naar avontuur