Elke morgen zon of regen Kwam ik hem verlegen tegen Stond hij steeds bij de jasmijn van de pastorie Met zijn blote voeten stoffig van het paadje naar het water De Manchesterbroek tot net onder zijn knie Het was een spel om te negeren Niet te zien hoe hij bleef proberen Huppelend naast me, net als ik te zijn En ik moest gewoon weg lachen als ik hoorde zeggen Kijk eens daar gaan Jasper en Jasmijn
Nadat wij van school af kwamen bleven wij bij alles samen In het dorp zag men ons dromen hand in hand Zoals lente groeit naar zomer Werd ook ons de jeugd ontnomen En we groeide op met tussen ons die band Dikwijls lag hij vredig naast me In de koelte van de avond Soms wel tot de eerste morgen zonneschijn En wanneer hij dan nog droomde Lachte ik bij de gedachte Hoe men ons noemde, Jasper en Jasmijn
Maar de tijd sluit steeds weer deuren Liefdesrood kan ook verkleuren En al gauw stond een Jasmijn alleen te zijn Ondanks al die mooie dromen Had hij een ander lief genomen En ik voelde mij zo hopeloos en klein Elke morgen zon of regen Maar ik kwam hem nooit meer tegen Ook al vroeg ik mij steeds af Waar zou hij zijn Met zijn blote voeten stoffig van het paadje naar het water Jasper was niet meer bij zijn Jasmijn Hmmmmmmmmmm Met zijn blote voeten stoffig van het paadje naar het water Jasper was niet meer bij zijn Jasmijn