Ik wandel graag langs de rivier Mijn kleine meid lacht van plezier We gooien samen steentjes over het gladde water Maar op een dag, het was in April We stonden bij een visser stil Ik had een lang gesprek met haar Het ging over later Een emmer met een visje erin Het was meteen al het begin Want die kleine meid begon meteen te vragen Waarom kan zo'n visje, klein Niet meer bij zijn ouders zijn Want een vissenleven duurt maar een paar dagen
refr.: Vissen zijn precies als jij Eens gaat ook hun jeugd voorbij Zwemmen zij de wereld in Zoekend naar een nieuw begin Kleine meisjes worden groot Nu zit jij nog op mijn schoot Maar dan komt die andere tijd Dan raak ik je een beetje kwijt
Ze legt haar armpje om me heen En zegt: ik laat je nooit alleen We zijn samen en gaan nooit meer uit elkander Want als ik later ooit eens trouw Nou dan doe ik dat met jou Want ik kan toch nooit meer houden van een ander Ik streel haar door haar krullend haar En zei: je bent gauw zestien jaar Je zult zien er komt een jongen in je leven Waar je ook heel veel van houdt En misschien ook wel mee trouwt En zal net als ik je heel veel liefde geven
refr.
Kleine meisjes worden groot Nu zit jij nog op mijn schoot Maar dan komt die andere tijd Dan raak ik je een beetje kwijt
Hmmmm hmmm Maar dan komt die andere tijd Dan raak ik je een beetje kwijt