Er staat ‘n houten wagen zachtjes klinkt viool muziek. Zigeuners willen vrij zijn,langs de wegen steeds maar voort. Zij vragen om wat vrijheid maar hun stem wordt niet gehoord.
Diep in ons hart willen wij ook zigeuner zijn. Diep in ons hart,is ons huis en de straat te klein. Ons hart verlangd zoms naar vrijheid en romantiek. ‘N paard en wagen en er klinkt viool muziek.
Hun dak dat is de hemel,net als vogels in de lucht. En als de zon gaat dalen,dan stopt de karavaan. 'N mooi meisje gaat plots dansen,en het vuur dat wakkert aan.
Diep in ons hart willen wij ook zigeuner zijn. Diep in ons hart,is ons huis en de straat te klein. Ons hart verlangd zoms naar vrijheid en romantiek. ‘N paard en wagen en er klinkt viool muziek.
En zie je morgen vroeg zo ‘n wagen door de straat heen gaan. Bedenk dan dat de tijd voor hen niet stil is blijven staan. Maar dat zigeuners trekken zolang er dagen zijn. Maar door de eeuwen heen is dat hun aller grootst geheim.
Diep in ons hart willen wij ook zigeuner zijn. Diep in ons hart,is ons huis en de straat te klein. Ons hart verlangd zoms naar vrijheid en romantiek. ‘N paard en wagen en er klinkt viool muziek.
Diep in ons hart willen wij ook zigeuner zijn. Diep in ons hart,is ons huis en de straat te klein. Ons hart verlangd zoms naar vrijheid en romantiek. ‘N paard en wagen en er klinkt viool muziek.