Met lawaai raast de karavaan door het dorpWeer een koers, het is weer kermis Er staan molens op het plein 't Is de grote dag
En je ruikt alom de geur van frieten en bier Overal zie je lachende mensen Aan 't stadhuis, aan 't rood-geel-zwart Naast een leeuwevlag
Ik ben weer thuis, de zon mag weer schijnen Ik ben weer thuis, ik ga nooit meer weg
Ik ben thuis Ik ben thuis Ooit was dit dorp te klein Maar nu ben ik thuis
Ik ben thuis Ik ben thuis Ooit nam ik hier de trein Maar nu ben ik thuis
Op m'n vader's huis zitten duiven op 't dak En in de tuin bloeien de rozen Kippen scharrelen in het gras Ergens kraait een haan
Sanseveria's staan heel fier voor het raam Bij de haag een tuinkabouter En een hond kijkt me vragend aan De tijd heeft stilgestaan Ik ben weer thuis, de zon mag weer schijnen Ik ben weer thuis, ik ga nooit meer weg
Ik ben thuis Ik ben thuis Ooit was dit dorp te klein Maar nu ben ik thuis
Ik ben thuis Ik ben thuis Ooit nam ik hier de trein Maar nu ben ik thuis
Ik ga nooit meer weg, het vuur is geblust Hier kom ik tot rust
Ik ben thuis Ik ben thuis Ooit was dit dorp te klein Maar nu ben ik thuis
Ik ben thuis Ik ben thuis Ooit nam ik hier de trein Maar nu ben ik thuis