Ik heb van m'n ouders, God hebbe hun ziel Teveel aan fatsoen meegekregen voor later Ik heb 'r meer last dan plezier van gehad En 't meest weerzinwekkende voorbeeld is Rob Ik kende 'm pas, toen al bleek wat 't was Een zeurende trut van 't zuiverste water Die altijd weer aankwam en nooit was gevraagd En door mijn fatsoen zei ik nooit: "Lazer op"
En soms werd het ook mijn fatsoen wat te veel Dan dee ik met zo'n smoel de deur voor 'm open Dan zei 'ie: "Wat heb je? Je kijkt zo bedrukt Je leeft veel te eenzaam, dat maakt iemand zuur Maar goed dat ik langs kwam, dat fleurt je wat op Ik moest eigenlijk vaker eens langs komen lopen" Dan daalde z'n kont langzaam neer in mijn stoel En plakte daar vast voor de eerste paar uur
refren': Klop-klop, daar is Rob Met een bord voor z'n kop In die kop zit niemendal Dat belet 'm niet te lullen Z'n jenever-glas te vullen Tot ik bijna toe ben aan een hartaanval Dan zegt 'ie: "Nou, tot gauw Ik heb je toch niet opgehouwen Nou, tot gauw" "Dag Rob" Lazer op Lazer op Lazer op Bord voor z'n kop
Een keer, toen 'ie langskwam, schoot ik in m'n jas Ik dacht 'm 'ns listig een keer te ontlopen Ik zei: "Da's nou jammer, ik moet op bezoek" Toen zei 'ie: "Dan loop ik zover met je op" Ik belde in wanhoop bij iedereen aan Hij zei: "Maar wat gek he, d'r doet niemand open Da's ook niet zo netjes". Aan 't eind van 't lied Zat hij in mijn stoel met dat bord voor z'n kop
En eens, toen ik met een intieme vriendin Juist bezig was nog wat intiemer te worden Toen bleef 'ie aan 't bellen, tot gek-wordens toe En zei toen: "Hallo, ik hoop niet dat ik stoor Mevrouw is familie, ja, dat zie je meteen Nee, ik neem wel een stoel hoor, da's prima in orde Laat mij jullie niet storen, bij dat wat je deed Ik ben er niet he, gaan jullie rustig door"
refren'
't Werd een obsessie, ik droomde van Rob Een droom waar ik bij in m'n zweet lag te baden Dan was ik een vlieg en volkomen verlamd En zat op de stoel die door Rob werd bezet Dan zag ik dat machtige achterkwartier Verpletterend neerkomen zonder genade Steeds nader, steeds nader, tot ik met een gil (Ik was maar een vlieg) En puilende ogen omhoog schoot in bed
Maar laatst belde Kees op, die zei: "Weet je 't al Ze bouwen die flats toch, wat wil nou gebeuren Daar lazert een hijsblok boven op Rob Zo dood als een pier joh, wat had je gedacht" Die nacht sliep ik goed maar daarna begon Rob Als dooie zo vreselijk vervelend te zeuren Te schuiven met stoelen, geklop op de deur Geen oog doe ik dicht en ik droom ied're nacht
Klop-klop, ben jij dat Rob Met een bord voor z'n kop Zwerft 'ie nou door 't helal Dat belet 'm niet te zeuren Door te zeuren, uit den treure Tot ik bijna toe ben aan een hartaanval Daar is 'ie en ik wou Dat 'ie nou maar 'ns op wou houwen, nou Klop-klop, klop-klop Daar is Rob Daar is Rob Daar is Rob Nog steeds een bord voor z'n kop