Ginder loopt de oude weg Langs de grienden naar de voorden Door velden met de bremmensteg Naar het hoge noorden Voorbij de hoge wilgendijk Dan flitst door z'n gedachten Daar achter ligt het schimmenrijk En het zwaard der zeven nachten
Maar hij die het zilveren zwaard hanteert Zal heldendom verwerven Geen trollenmacht of dwergenkracht die dit bestrijden kan Maar hij die het zilveren zwaard begeert Zal na zeven dagen sterven
(Zo heeft de wet geboden) (Ga nu) (De wet van het rijk der doden) (Ga nu) (Zo heeft de wet geboden) (Ga nu)
Ga nu henen elfenkind Waar wind vol zacht gefluister is In duisternis Zijn zij die verloren zijn Geboren zijn zij voor altijd In eenzaamheid Waar een zon nooit schijnen zal
Het schimmendal (Ga nu) (Vaarwel) (Ga nu)
Daar wordt zij door hen bewaard Het zwaard De elf die 't voor haar plan ten strijde nam Geeft hem kracht en grootse macht De achtste nacht En sterven zal zijn geest
Voor eeuwig en altijd In een schimmenstrijd (Vendor) Der eenzaamheid (Ga nu)