Kijk het beertje Pippeloentje Heeft geen sok en geen schoentje En geen dasje en geen boordje En geen broekje en geen jakje En geen pakje met een zakje En geen hempje en geen wolletje En geeneens een parasolletje En geen ponnetje voor in bed Maar Pippeloentje heeft een pet!
Kijk, het beertje Pieppeloentje Gaat niet wandelen in 't plantsoentje En niet steppen op een stepje En niet knikkeren en niet tollen En niet hard de straat op hollen En niet schrijven en niet rekenen En geen bere-poppetjes teken En niet roetsjen van de trap Maar Pieppeloentje eet z'n pap
Geef het beertje maar een zoentje Welterusten Pippeloentje
En dan gaan we naar drie ouwe ottertjes
Drie ouwe ottertjes wilden gaan varen Over de Zin Zom, over de Zaan Eigenlijk wilden ze dat al sinds jaren Maar om het feit dat ze ottertjes waren Hadden ze het nog nooit gedaan Hadden ze het nog nooit gedaan Want daar hing een bordje op alle bottertjes Verboden toegang voor ouwe ottertjes Daar hing een bordje op alle bottertjes Verboden toegang voor ouwe ottertjes
M'n tante en een oom in Laren
Ik heb een tante en een oom Die zitten in een eikenboom Een eikenboom in Laren Ze hebben zelf, van eikenhout Daar in die boom een huis gebouwd Ze wonen er al jaren
Daar slapen en daar eten ze dan 't Is erg gezellig, daar niet van Zo vrij aan alle kanten Ze hebben geen buren met radio Maar tante vindt het maar zo-zo Het is zo hoog, zo hoog zegt tante
Zij is nooit echt op haar gemak De kinderwagen hangt aan 'n tak En dat is wel bezwaarlijk Ze zegt ook telkens tegen oom 'k Wil liever in een lagere boom Hier is 't me te gevaarlijk Hier is 't me te gevaarlijk