De meester kwam vanochtend in een vieze ouwe jas Daar liep 'ie zo mee binnen, hij liep dwars door de klas "Hup, uit je banken", riep 'ie, "boeken in de tas" "Dat is kras", riep de klas, en wilde weten wat er was
De meester zei: "Naar buiten, jassen aan en in een rij We gaan de schutting schilderen, maar maak geen zwijnerij Hier is een emmer, kwast en in de kleuren keus genoeg Schiet 'es op, schiet 'es op, want we hebben wat voor de boeg"
refr.: We schilderen de schutting van de school We schilderen de schutting werk'lijk schitterend Onze school wordt zo een hippe tent We schilderen de schutting tot 't bittere end Schitterend blauw, schitterend geel Schitterend rood, groen en paars We schilderen de schutting van de school Ja, onze school wordt langzaamaan een hippe tent Drie hoera's voor de Nicolaas Maas Drie hoera's voor de Nicolaas Maas
O, kijk ons nou eens kliederen, en kladden als een gek Met kringen om de ogen en spatten in de nek Met spikkels op de kleren, maar de meester krijgt ze weg Maar dan vlug, maar dan vlug Ben je niet vlug, heb je pech
refr.
We kliederen de hele dag, omdat 't lekker mag De meester kwam zonet nog langs, en huilde toen 'ie 't zag Dan maken wij hier van 't schoolplein een echte negorij Maar gekras op de schutting is er strakkies niet meer bij